Spellingregels die je moet kennen voor de regelwoorden:
*wist je dat je, bij een woord dat eindigt op een d of t, je dat woord kan verlengen om te weten wat het moet zijn? hond(en), kat(ten), boot--> boten, ...
*wist je dat er, behalve ons verhaal over de coole Amerikaan 'isch', ook een regel is bij spelling: isch of is?
Is het een zelfstandig naamwoord? Dan eindigt het op is. grat-is v-is notar-is Is het een bijvoeglijk naamwoord? Dan eindigt het op isch. trop-isch mag-isch fantast-isch bij isch kan je altijd een 'e' toevoegen. een tropische, magische, fantastische dag.
*wist je dat er 's bij meervoud is, maar ook bij weglaten van letters?
a i o u y op het einde? dan schrijf je 's bij meervoud. baby's, auto's, ski's. e of een medeklinker? dan schrijf je s aan je woord. chauffeurs, kindjes.
des winters wordt 's winters. 'DE' valt weg en wordt vervangen door '. Het is wordt 't is. 'He' valt weg en wordt vervangen door '. zijn schoen wordt z'n schoen. 'ij' valt weg en wordt vervangen door '.
*wist je dat, als een woord er echt belachelijk uit ziet, het waarschijnlijk fout geschreven is? dit is een noodgevallenregel, die je moet toepassen wanneer je het echt niet meer weet.
Wil je gewoon oefenen?
Schrijf in je lessenschrift de woorden die voor jou moeilijk waren tijdens de spellingmomenten.
Neem de TIJD om te schrijven, bekijk of je de woorden correct overneemt, controleer jezelf.
Denk aan de tips op de fiches! -isch, -lijk, -heid(i)!
Wil je online oefenen?
www.scoodleplay.be --> druk op Spelling, oefenen, en dan het boek waarin je bezig bent. Je weet dat er telkens een dictee volgt na een volledig thema, dus eigenlijk kan je alle oefeningen (behalve tt-vt) maken ter voorbereiding.